POM Magazine

POM Magazine, Magazine voor Stijl & Cultuur

POM Magazine

Vlucht Arizona

“Vindt u dat zelf nu ook niet erg provocerend?” Ik schrik op uit mijn geduldig-wachten-stand en kijk de medewerkster van de security controle op Schiphol enigszins verward aan. Onverstoorbaar knikt ze naar m’n borst. Het duurt twee lange seconden voordat ik doorheb wat ze bedoelt. Haar opmerking blijkt zo absurd, dat ik mijn begrip voor de gedachtegang van een ander persoon weer eens overtroffen heb. Ze heeft problemen met mijn halsketting waar een klein pistooltje als bedel aanhangt. “Er zit ook een bloemetje aan”. Ik probeer de boel nog luchtig te houden. Haar houding wordt er niet losser van. Mijn geliefde pistooltje om m’n nek heeft niets met geweld te maken. Het is mijn kleine persoonlijke ode aan de cowboy en diens onvermijdelijke accessoire.

Mijn liefde voor de cowboy begon al heel vroeg. In mijn kindertijd waren er twee populaire western series op tv. Bonanza en Rawhide. Je moest een favoriet hebben. Bonanza vond ik een beetje voor sukkels. Ik hoorde bij de Rawhide fans. Ondanks mijn jonge leeftijd zag ik het al, daar zaten de stoerste en knapste mannen bij. Zij bleven niet thuis bij hun liefhebbende vader op de eigen ranch, maar maakten met hun koeien een enorme reis door het ruige landschap van Amerika. Onder hen ook debutant, Clint Eastwood. Met de films ‘For a few dollars more’, ‘A fistfull of dollars’ en natuurlijk ‘The good, the bad and the ugly’, zou hij uitgroeien tot de personificatie van De Cowboy. Na deze tv-series kwam ik op een leeftijd, dat ik zelfstandig naar de bioscoop mocht. Geen western heb ik niet gezien.

Fascinerend is, dat het in de cowboy films uit de hoogtijdagen in de eind 60-er en begin 70-er jaren, steeds minder om de daadwerkelijke koeiendrijver ging. De cowboy als hardwerkende man sprak wat minder tot de verbeelding dan de outlaw die hij zou worden. Hij veranderde van een beschermer van de kudde in een rondtrekkende premiejager. Of in het beste geval een met geweld gepaard gaande probleemoplosser; de moderne Robin Hood. Hij werd ruiger, maar zeker niet minder populair. Ondanks de vaak criminele manier van leven wist hij zich toch geliefd te maken. Hij schoot dan wel regelmatig mensen neer, maar dan toch vooral heel slechte mensen. En als hij bij het overvallen van een bank uit pure noodzaak de onschuldige bankbediende had moeten neerhalen, dan zorgde hij er anoniem wel voor dat het de achtergebleven weduwe met haar kinderen aan niets zou ontbreken. Niet helemaal goed, maar zeker ook niet helemaal slecht. Daarbij was hij intelligent, had weinig woorden, maar des te meer daadkracht en was hij vooral fysiek woest aantrekkelijk. Elke man wilde hem zijn en elke vrouw bij hem.

Met de komst van de meer maatschappij kritische western ontstond een loyaliteitsprobleem. De geschiedenis van de Indianen kreeg een realistische, trieste rol binnen de western. Een vredelievender, meer met de natuur in harmonie levend volk is niet denkbaar. Sommige westerns gaven nog de ruimte om te kiezen voor wie je was, ook de Indianen konden de bad guys zijn. Maar na het zien van Soldier Blue (1970) was dat voorgoed voorbij. Deze film verhaalt over de slag bij Sand Creek, waarbij een ongewapende Cheyenne nederzetting bijna volledig werd uitgeroeid door het Amerikaanse leger. Om zijn vreedzame bedoelingen te laten zien begroette Wolf, de chief van deze groep, het aanstormende leger met een Amerikaanse vlag in de hand. Het leger beantwoordt dit met eerst het uitmoorden van alle ongewapende mannen, om daarna de vrouwen te verkrachten en die vervolgens samen met de kinderen alsnog om te brengen. De film laat geen ruimte voor romantiek. Het bloed spat van het scherm. En daar zit je dan met je adoratie voor de cowboy.

De western verdween naar de achtergrond om daar minimaal twee decennia te blijven. Genoeg om een klein beetje op adem te komen. Gedurende die jaren was ik er niet dagelijks mee bezig, maar soms trok er een nostalgische zweem door m’n gedachten: “waar is de western, …zijn de cowboys gebleven?” Ze bleken niet voorgoed weg, hielden zich schuil voor weer betere tijden. Inmiddels is de western terug en veel is hetzelfde gebleven. Gelukkig maar, mythes moeten niet al te veel verstoord worden. Maar er zijn ook elementen toegevoegd. De cowboy is niet altijd meer de stoere en zwijgzame adonis en de vrouwen zijn niet meer uitsluitend mooie en begripvolle prostituees. Wonderschoon worden die nieuwe aspecten verenigd in de western True Grit (2010) van de gebroeders Coen. De hoofdpersonages zijn geen knappe revolverhelden maar een verlopen, norse sheriff en een 14-jarig intelligent, vastberaden meisje. En dat gecombineerd met scherpe dialogen. Top!
En zo zijn er meer films waarin de cowboy menselijker, minder een karikatuur is geworden. Een mooie ontwikkeling, maar het verlangen naar die sexy in de verte turende, zelfverzekerde loner zal er altijd blijven.

Ik ben door de security en loop na reprimande, maar met pistool richting incheckbalie. Vlucht UA 1948 zal me brengen naar Arizona. En daar, in het Wilde Westen van mijn verlangen doolt hij, de cowboy, nog rond. Al is het er maar één, ik ga hem vinden.

Tekst: Lydia Verhoef

Abonneer op onze nieuwsbrief

Door verder gebruik te maken van deze website gaat u automatisch akkoord met het plaatsen van cookies. Meer informatie Dit bericht verbergen