De erfenis van de weduwe van Indië

In de jaren ’50 kwamen meer dan 100.000 Indische Nederlanders veelal noodgedwongen naar Nederland. Met heimwee naar hun verloren land vestigden velen zich in Den Haag, wat de stad de titel ‘weduwe van Indië’ opleverde. Zestig jaar na dato lijkt verdriet over hun ‘ballingschap’ plaats te hebben gemaakt voor trots op hun herkomst. Zo viert de Pasar Malam (inmiddels Tong Tong Fair) op het Malieveld elk jaar het culturele erfgoed van de Nederlandse Indiërs en presenteerde het Filmhuis Den Haag vorig jaar de expositie ‘Toko Times’ van fotograaf Jaimie Peeters. Omdat de toko misschien wel de meest zichtbare erfenis is van de ‘weduwe’ – Den Haag telt niet voor niets de meeste toko’s van Nederland -, bezocht Thierry Reniers voor POM Magazine er vier, verspreid over de residentie.

De oudste
Toko Toet op de Haagse Beeklaan is de oudste toko van de stad. Twee generaties Jansens hebben zich hier toegelegd op de keuken uit Midden-Java, wat de zoetere smaken verklaart die de gerechten typeert. Achter een etalage met Amsterdamse School kenmerken ligt een bescheiden, blinkend schoon zaakje met een paar tafeltjes aan het raam en een vitrine met gerechten dwars achterin. Nog een paar planken aan de linkerwand met ingrediënten voor de ‘thuiskokkies’ en je hebt heel Toko Toet gezien. Dit oudste Indonesische eethuisje van de stad moet het duidelijk meer van zijn reputatie hebben dan van formaat of opsmuk. Hoewel er tijdens ons bezoek maar één tafeltje bezet is, vinden de afhaalgerechten gretig aftrek. De ajam panggang en de sayur lodeh zijn de specialiteiten van het huis en vooral het eerste gerecht blijkt een reden om hier terug te komen. Niet om gezellig ter plaatse te tafelen, want daarvoor leent de ruimte zich niet bijzonder goed. Wel om verse, authentieke Javaanse gerechten van zeer hoge kwaliteit af te halen en daar thuis van te genieten.

De onopvallendste
Aan Bogor, gelegen op de hoek van het Koningsplein en de van Swietenlaan, loop je gemakkelijk voorbij. Dit Indonesische huiskamerrestaurant is dan wel genoemd naar de voormalige hoofdstad van Nederlands-Indië (beter bekend als Buitenzorg), grootstedelijke pretenties heeft het Haagse Bogor niet. Het eethuis bezit niet eens een website en dat is juist zijn charme. Je waant je eventjes ver in het oude Indië, of tenminste in een Nederlandse voorstelling daarvan, compleet met verschoten sarongs en wajangpoppen. Een traditionele rijsttafel is waarvoor je Bogor bezoekt: 16 gerechten, veel vlees, lekkere pindasaus en alles mild gekruid. Leuk weetje: alles wat je niet meer kunt opeten, wordt voor je ingepakt om mee naar huis te nemen.

De modernste
Sticky Rice, gelegen op de begane grond van het ultramoderne winkelcentrum New Babylon naast het centraal station van Den Haag, richt zich op een verrassende combinatie van de Indonesische en Aziatische keuken. In een grote, glazen vitrine staan allerlei gerechten uitgestald die je kunt bestellen om mee te nemen of ter plekke op te eten, aan een paar tafeltjes of in een apart restaurantgedeelte. Op de menukaart staan kant-en-klare maaltijden bereid volgens recepten uit de keukens van Bangkok tot Bali. De geserveerde porties zijn precies goed en met een authentieke smaak. De vele soorten ijsthee en het Aziatische bier, dat met een ijskoud bierglas geserveerd wordt, maken de eetervaring bij Sticky Rice compleet.

De beste
Volgens Indoweb, dat jaarlijks een lijst met de beste Indonesische toko’s en afhaalrestaurants publiceert, is Toko Si-Pentje in de Merkusstraat in Bezuidenhout in 2015 de beste toko van Nederland. In de ruime, smetteloze winkel van Ventje Pallencaoe (Si-Pentje betekent letterlijk ‘dat ventje’) is het dan ook stampvol. Er zitten eters aan de paar tafeltjes aan het einde van de lange ruimte die nog het meest weg heeft van een bakkerswinkel en voor de lange toonbank staat een rij wachtenden letterlijk tot buiten op straat. Toch heerst er bij Si-Pentje een serene rust. Elke klant krijgt de volledige aandacht en de bediening neemt uitgebreid de tijd om de gerechten te selecteren, op te warmen en te verpakken. Een half uur in de rij staan om hier iets te mogen bestellen, is dan ook geen uitzondering. Maar de klanten hebben het ervoor over en wij ook, als we uiteindelijk de specialiteit ‘Nasi Bungkus’, verpakt in bananenblad, proeven. Vers, perfect op smaak en authentiek Indisch. Voor Si-Pentje rijd je niet alleen een blokje, maar gerust een hele stad om.

Tekst: Thierry Reniers
Fotografie: Jasmijn Schrofer